De fakkels van de fanfare en de harmonie
Iemand die op een post vertrekt, geeft de fakkel door aan zijn opvolger. Maar vroeger gebeurde dat letterlijk: tijdens avondlijke optochten van bijvoorbeeld een muziekvereniging torsten helpers om de beurt de zware fakkels. Eeuwenlang waren dat gewone toortsen, maar vanaf de jaren 1930 werkten ze soms op gas. De drager had een gasfles bij, die verbonden was met het uiteinde van de fakkel. Een explosieve bedoening!
den AST bewaart een exemplaar van de Halse Sint-Martinusfanfare, dat tot rond 1950 gebruikt werd. Het is een zogenaamde ‘Lamp Daniel’, ontwikkeld door de Mechelse koperslager Victor Daniëls. Ook de Halse Harmonie had drie van dergelijke toestellen in bezit, besteld in 1948. De grote conische koperen plaat zorgde voor een betere verspreiding van de warmte en het licht. De oorspronkelijke gasfles van de Parijse firma Magondeaux is bewaard.