×

De nachtwacht

De Halse onderwijzer Médard-Jules van den Weghe dook graag in Middeleeuwse bronnen. Zo vond hij in oude stadsrekeningen van rond 1400 dat er toen een wachter in dienst was, die ’s nachts op de kerktoren waakte, “om den vreese van den viere”: uit vrees voor het vuur. Hij zou alarm slaan bij het minste vlammetje. Elk uur stak hij de trompet. In latere tijden trok een nachtwachter, in het pikdonker, de straten door. Elk uur zong hij zijn liedje: “De klokke slaat een uur, Een ure slaat de klok! Wacht u van keerslicht en vier. En bidt voor de zielkes in ’t vagevier”.

(uit Gedenkschriften Geschied- en Oudheidkundige Kring, 1932, p. 81)