×

Op stap met gemeenschapswachten Cedric, Robbe en Ann

Hoe voelt het om gemeenschapswacht te zijn in Halle? Tijdens de Week van de Gemeenschapswacht vragen we het aan Cedric, Robbe en Ann. Onze gemeenschapswachten vertellen over het contact met de burgers, hun werk aan de schoolpoorten en het belang van veiligheid.

Wat trok jullie aan om gemeenschapswacht te worden?

Cedric: “Veiligheid is een constante in mijn carrière. Deze job is me op het lijf geschreven. Zowel ons preventieve werk als het handhaven en rapporteren doe ik graag. Ik ben 2,5 jaar aan de slag als gemeenschapswacht. Ik had al 10 jaar ervaring als bewakingsagent.”

Robbe: “Mijn vader is leerkracht in Sint-Pieters-Leeuw en staat als gemachtigd opzichter vaak aan de schoolpoort. De gemeenschapswacht die er toezicht hield, vond het echt iets voor mij. En dus solliciteerde ik hier toen de vacatures opengesteld werden. Ik ging net iets later dan Cedric aan de slag als gemeenschapswacht.”

Ann: “Ik ben de ‘nieuwe’. (lacht) Ik baatte 18 jaar lang een winkel uit in de Basiliekstraat. Nadien werkte ik 20 jaar bij Makro. In deze job vind ik dat sociale terug dat ik ook altijd in de verkoop zo tof vond. Je komt onder de mensen. Ik hou er van om mensen te helpen en op straat te komen.”

Wat moet je kunnen als gemeenschapswacht?

Cedric: “Je moet veelzijdig zijn. Want er is het werk op straat en het werk op bureau. Alles wat we vaststellen, verwerken we in verslagen. Er komt dus ook administratie bij kijken. Het is dus een afwisselende job. De taak van een gemeenschapswacht is enorm geëvolueerd. Wij volgen een opleiding van 129 uur voor we aan de slag gaan. Je stapt hier dus de eerste dag niet meteen buiten in uniform. Zo eenvoudig is het niet.”

Welk misverstand over jullie werk help je graag de wereld uit?

Cedric: “Wij schrijven niet altijd meteen een boete uit. Veel mensen associëren ons met handhaving maar dat is slechts een kleine stukje van de job. We sensibiliseren altijd eerst de mensen. We informeren hen. Want het gebeurt dat mensen niet weten dat ze iets fout doen. Als preventie en sensibilisering niet meer werkt, dan kunnen we niet anders dan handhaven via GAS.”

Hoe reageren de mensen als je hen aanspreekt?

Robbe: “Het komt wel eens voor dat mensen heel argwanend zijn als we hen aanspreken. Zo controleren we vaak op inname van het openbaar domein. Wie een kraan of een container installeert op straat moet over een vergunning beschikken. Dat vergeten mensen al eens. We zijn ook mensen van vlees en bloed en gaan niet altijd uit van kwade wil. Het gebeurt wel vaker dat we nadien te horen krijgen dat we best nog meevallen.”

Jullie doen geen politiewerk?

Cedric: “Helemaal niet. We zijn geen interventiedienst. Onze collega’s van de stad en de inwoners geven ons wel eens plaatsen door waar best eens op ronde gaan voor overlast. Worden er veel sluikstorten gemeld in Essenbeek? Dan zoeken we die plekjes wat vaker op. Betrappen we iemand? Zoveel te beter. Want met sluikstorters hebben we geen medelijden. Mensen weten dat hun afval niet op straat hoort. Dan zijn we wel streng.”

We zien jullie wel vaak aan de schoolpoort.

Robbe: “Eén van onze prioriteiten is het schooltoezicht. We staan elke ochtend en avond aan een schoolpoort. Er zijn 16 scholen in Halle en dus maken we keuzes. Maar voor ons is dit de eerste taak. De mensen zijn wel blij als ze ons aan de schoolpoort zien. Schooldirecteurs zijn dankbaar omdat ze merken dat ouders toch meer attent zijn in het verkeer. Onlangs nog liet een chauffeur het raampje van zijn wagen zakken om te zeggen hoe tof hij het vond dat we daar stonden. Dat appreciëren we natuurlijk.”