Halle, Dilbeek, Sint-Pieters-Leeuw en Beersel maken samen werk van energiebesparing
Deze winter gaat de openbare verlichting in Halle, Sint-Pieters-Leeuw, Beersel en Dilbeek ’s nachts uit. Ook andere gemeenten worden aangespoord zich aan te sluiten bij dit initiatief om zo nog meer energie te besparen.
Uniformiteit en betaalbaarheid. Dat zijn de 2 sleutelwoorden voor de burgemeesters en schepenen van Halle, Sint-Pieters-Leeuw, Beersel en Dilbeek. Daar zal de komende winter de openbare verlichting gedoofd zijn van 23u tot 5u, behalve op vrijdag- en zaterdagnacht. Door dit voor een groter gebied samen te doen, wordt vermeden dat in elke gemeente een ander regime van toepassing is. De 4 gemeenten spraken met Fluvius af om met dit nieuwe regime te starten op zaterdag 29 oktober 2022, het weekend dat het winteruur ingaat.
Aanzienlijke verlaging van het energieverbruik
Van zonsondergang tot 23u en van 5u tot zonsopgang zal de openbare verlichting blijven branden. Hiermee wordt rekening gehouden met het onveiligheidsgevoel bij een deel van de bevolking. Studies toonden aan dat er geen verband is tussen onveiligheid en het doven van de openbare verlichting, toch krijgen veel mensen een subjectief gevoel van onveiligheid in het donker. Omwille van dezelfde reden zal ook op vrijdag- en zaterdagnacht de openbare verlichting blijven branden.
Op alle andere nachten wordt de openbare verlichting wel gedoofd van 23u tot 5u. Die ingreep zorgt voor 37 % minder energieverbruik. Zo wordt een nog grotere stijging van de energiekosten vermeden, die uiteindelijk rechtstreeks of onrechtstreeks door de inwoners wordt betaald.
Oproep naar andere gemeenten
Daarnaast doen de burgemeesters ook een oproep aan andere gemeenten uit de regio om aan te sluiten bij dit initiatief. Zij sporen onder andere Drogenbos, Sint-Genesius-Rode en Linkebeek aan nog aan te sluiten vóór maandag 20 oktober.
Ook Lennik, Roosdaal, Liedekerke en Ternat werden gecontacteerd. Momenteel lopen de gesprekken om de groep nog uit te breiden naar in totaal 11 gemeenten. Doordat de verschillende gemeenten aan elkaar grenzen en één groot gebied vormen, kan de opstart door Fluvius nog efficiënter geregeld worden.