Werner & Lieve
De parking van het Algemeen Ziekenhuis Sint-Maria in Halle stond nooit eerder zo leeg. Het gevolg van het feit dat er geen bezoek is toegestaan. Zo’n lege parking geeft het gevoel dat het bijzonder rustig is in het ziekenhuis. Maar natuurlijk is dat schijn. Nooit eerder heeft het AZ zich op zo’n korte termijn moeten reorganiseren om de coronacrisis de baas te blijven. Aan het woord zijn Lieve Suenens, hoofdverpleegkundige op de dienst geriatrie die nu volledig ingericht is als een corona-afdeling en Werner Devogelaere, hoofdverpleegkundige op de spoedgevallendienst.
Hoe gaat het met jullie?
Werner: Vrij goed ondanks de turbulente weken die we nu al achter de rug hebben. In die periode is er in het ziekenhuis onwaarschijnlijk veel gebeurd en verbouwd. Zo hebben we op spoedgevallen op enkele dagen tijd een opgesplitste dienst uitgebouwd. Zo is er nu een spoedgevallendienst voor gewone patiënten en één voor covid-19-patiënten. Om dit te kunnen realiseren hebben we het personeel moeten herindelen en opleiden.
Lieve: De afdeling geriatrie hebben we als eerste heringericht tot een corona-afdeling met allemaal isolatiekamers. Intussen zijn er nog twee andere corona-afdelingen bijgekomen en ook de afdeling intensieve zorgen hebben we opgesplitst. Dit om te voorkomen dat corona-patiënten in aanraking komen met de andere patiënten. Maar om dit mogelijk te maken werden alle niet-dringende behandelingen of niet-levensbedreigende operaties uitgesteld. Op die manier kwam er ook extra personeel vrij voor de verzorging van onze corona-patiënten.
Werner: Van poetsvrouw tot specialist, allemaal hebben we ons bijzonder snel georganiseerd. Dat is achteraf bekeken onwaarschijnlijk straf en exceptioneel dat dit ook gelukt is.
”Tijdens de krokusvakantie werd duidelijk dat we ons best konden voorbereiden op het ergste”
Wanneer is het voor jullie duidelijk geworden dat corona niet zomaar een griepje was dat wel zou overwaaien?
Werner: Je volgt natuurlijk al maanden met een bang hart de berichtgeving over de coronacrisis in het buitenland. Maar tijdens de krokusvakantie werd het echt wel duidelijk dat we ons ook hier moesten voorbereiden op het ergste. We hebben toen niet geaarzeld. Gelukkig maar. De eerste maandag na de krokusvakantie zijn de eerste patiënten komen aankloppen in het AZ, de infrastructuurwerken waren net klaar. We hebben meteen ook een corona-crisiscel opgericht waarin alle directieleden en diensthoofden vertegenwoordigd zijn. Zij evalueren bijna dagelijks de aanpak en de organisatie in ons ziekenhuis en sturen bij indien nodig.
Lieve: Ook mij werd het na de krokusvakantie duidelijk dat het virus een grote impact zou hebben in ons land. We zagen plots allemaal patiënten met hetzelfde ziektebeeld en dan is het snel gegaan. Maar door snel in te grijpen, hebben we de situatie nog steeds onder controle. Maar voor artsen en verpleegkundigen is het wel al zwaar en heftig geweest.
Werner: Begrijpelijk ook. Doorgaans werk je een stuk op routine in je comfortzone. Maar nu is het allemaal anders en ook nieuw. Niet kunnen werken in je vertrouwde omgeving vraagt veel concentratie en energie. Het aantal opnames is op korte tijd gestegen maar we zien nu ook in het AZ een afgevlakte curve. En dat is goed want coronapatiënten verblijven doorgaans twee weken in het ziekenhuis. Maar voorlopig kunnen we die ook allemaal opvangen.
Zijn patiënten angstiger dan anders? Dit is immers een onbekend en gevaarlijk virus.
Lieve: Dat merken we toch wel. Ze liggen ook alleen. We komen enkel binnen om de patiënt te verzorgen. Dus veel sociaal contact is er jammer genoeg niet. Ze zijn vaak kortademig wat voor een benauwdheid zorgt. En ze kennen natuurlijk ook de sterftecijfers uit het nieuws. Dus ik denk dat iedereen in zo’n situatie best angstig is.
Werner: Maar ook andere patiënten zijn volgens mij best angstig. Op de gewone spoed zien we momenteel bijzonder weinig volk of ouders met kinderen. Vroeger kwamen mensen soms onnodig naar spoed. Maar we vermoeden dat sommige inwoners, ook al hebben ze ernstige klachten, niet meer durven komen uit vrees besmet te raken. En die vrees is nergens voor nodig. Op onze spoed worden corona- en niet coronapatiënten zeer strikt gescheiden. Maar als mensen in nood niet komen, krijgen ze ook niet de broodnodige zorgen. En daar maken we ons best zorgen over. Dus als je een ernstig probleem hebt of je twijfelt, contacteer je huisarts! Indien nodig zal hij je zeker doorsturen naar spoed.
Zijn jullie zelf ook bang om besmet te worden?
Lieve: Daar zijn we allemaal bang voor. De persoonlijke beschermingsmaatregelen zijn natuurlijk zeer streng. Maar het is toch opletten geblazen. Je mag van de voorgeschreven veiligheidsprocedure voor de verzorging van corona- en andere patiënten in geen geval afwijken en zo weinig mogelijk met je handen het gezicht aanraken.
Werner: Iedereen is ook bezorgd of er wel voldoende beschermingsmateriaal zal zijn. Mondmaskertjes was in begin toch een probleem. We zijn dan ook zeer dankbaar voor alle initiatieven die burgers nemen om ons te helpen in onze persoonlijke bescherming. Dus dank voor alle mondmaskertjes of schorten die jullie maakten en bezorgden.
“Je weet dat er een dag kan komen dat een dierbare wordt binnengebracht”
Zijn jullie bang om op een dag vrienden of familieleden te zien binnenkomen?
Werner: Dat is iets wat altijd kan, ook als er geen coronavirus in het land is. Maar ik werk al een tijdje op de spoedgevallendienst en dan sta je vrij realistisch in het veld. Dan weet je dat er mogelijk zo’n dag komt. We zijn vooral bang om het virus naar huis te nemen. Je wil niet dat zij het slachtoffer worden van je job.
Lieve: We hebben collega’s van wie reeds een familielid werd binnengebracht op de corona-afdeling. Dat is toch zeer moeilijk. Vooral ook omdat je nauwelijks of geen contact met hen mag hebben.
Werner: Op zo’n momenten besef je pas echt hoe dichtbij het probleem is. Corona was aanvankelijk een ver-van-mijn-bed gebeuren. Een probleem waar enkel China of Italië mee had af te rekenen. Maar als op een dag een familielid met corona wordt opgenomen, is die realiteit zeer nabij.
Nooit eerder werden de mensen uit de zorgsector zo op handen gedragen. Het applaus moet jullie ongetwijfeld deugd doen.
Lieve: Absoluut. Dat is zo hartverwarmend. We voelen dat mensen onze inspanningen echt waarderen. Er zijn verenigingen die cakejes komen brengen of mensen die pizza’s laten leveren. Ook de spandoeken en witte vlaggen die je overal ziet, dat is echt een hart onder de riem.
Wat is het eerste wat je gaat doen als de coronacrisis voorbij is?
Werner: Ik vraag me vooral af wanneer dit zal zijn. Ik vermoed dat we eerst nog een tussenstadium zullen hebben waarbij evenementen nog verboden zijn maar mensen wel al uit hun kot mogen. En dan vrees ik dat er mogelijk een tweede golf komt, kijk maar naar China. Dat zijn vragen die me wel nog bezig houden. Maar laten we positief blijven. Als dit alles voorbij is ga toch enkel dagen vrij nemen en uitwaaien aan zee. Meer moet dat niet zijn.
Lieve: Ik neem zeker een weekje verlof om al mijn vrienden en familie even gedag te zeggen of om samen een restaurantje te doen. Want ik mis hen wel. Dus ik ga geen grootse dingen doen maar genieten van het gewone dagelijkse leven en vooral van het feit dat je opnieuw mag gaan en staan waar je wil.