Zeno Debast
Hallenaar Zeno Debast is een beloftevolle verdediger bij RSC Anderlecht. Op zijn 16de ondertekende hij zijn eerste profcontract bij de Brusselaars. Het jeugdtalent traint sinds dit jaar mee met de A-kern. Eind april tegen Club Brugge maakte hij zijn officiële debuut. Hoog tijd voor een kennismaking.
Maar liefst 1m89 aan jong voetbaltalent loopt ons tegemoet voor onze afspraak aan het Hallerbos. Zeno Debast (17 jaar) woont vlakbij en komt hier op vrije dagen of in de voorbereidingsperiode lopen voor zijn conditietraining. Of je vindt hem in de buurt op zijn mountainbike. Eén ding is duidelijk: deze Hallenaar wacht een grote sportcarrière. “Toen onze coach Vincent (Kompany, nvdr.) me vertelde dat ik zeker tot eind dit voetbalseizoen oefen met de eerste ploeg kon ik mijn oren niet geloven. Op die velden spelen: daar droomde ik als kind al van.”
Vertel…
Zeno: "Volgens mijn moeder was ik al aan het sjotten in haar buik. (lacht) En als klein gastje voetbalde ik samen met mijn papa en mijn kleine broer. Op mijn 5de ben ik dan beginnen spelen bij SK Halle, en ik was 6 toen Anderlecht me oppikte via een stage. Voetbal is voor mij absoluut fun. Door de aanmoedigingen van familie, vrienden en Anderlecht zie ik in dat er misschien ook meer inzit. Mét de juiste inzet.”
Want topsport is naast talent ook discipline.
Zeno: “Nu ik met de eerste ploeg oefen, heb ik meestal overdag training: gemiddeld zo’n 2 uur. Met één rustdag per week. Maar ik heb natuurlijk ook school en daardoor mis ik soms lessen. Anderlecht zorgt ervoor dat ik ’s avonds meteen bijles krijg. Dat regelen ze echt heel erg goed, want ze willen niet dat je school verwaarloost. Goed scoren op school, belonen ze bovendien met kansen op het veld en dat motiveert.”
Wie is je grote voorbeeld?
Zeno: “Cristiano Ronaldo. Ik bewonder hoe hij zijn talent combineert met hard werken. Hij lééft voor zijn sport en zijn focus is fenomenaal. De manier waarop hij voetbalt, dat wil ik later ook. Ronaldo is op en top professioneel.”
Heb je nog tijd om met je vrienden in Halle af te spreken?
Zeno: “Tuurlijk, als de coronamaatregelen het toelaten. Een van mijn allerbeste vrienden is Raf Vanlerberghe. Met hem ben ik op mijn 5de beginnen voetballen en hij speelt nog altijd bij SK Pepingen-Halle. Verder heb ik ook veel vrienden in Anderlecht: tot het 4de leerjaar zat ik in het Heilig-Hart College in Halle, maar daarna stapte ik over naar het Sint-Niklaasinstituut. Zij werken samen met Anderlecht, waardoor ik makkelijker school met sport kon combineren. Intussen volg ik het 6de jaar in het Sint-Guido-Instituut.”
Wat pik je zoal op tijdens die trainingen?
Zeno: “Eigenlijk ben ik een centrale verdediger met aanvallende kwaliteiten. Klinkt misschien een beetje vreemd. (lacht) Ik speel heel technisch, maar op verdedigend vlak kan ik best nog wat ‘truken van de foor’ leren. Zeker bij duels. En die kans krijg ik nu, op het veld van de A-ploeg. Een hele eer!”
Je talent wordt ook opgemerkt in het buitenland. Inter Milaan, bijvoorbeeld.
Zeno: “Dat is natuurlijk leuk om te horen, maar mijn focus ligt volledig bij paars-wit. Ik wil echt bij Anderlecht doorbreken. Weet je, toen ik een jaar of 14 was, mocht ik mee naar een toernooi in Qatar om twee matchen te spelen. Het was midden in het schooljaar en toen ik van het vliegtuig stapte, de warmte tegemoet, besefte ik plots ten volle: voetbal is écht mooi! En daar wil ik ook heel hard voor werken, bij Anderlecht.”